Aart Adriaans den Haan ^85,645

  General Notes:

fol. 66; 15-2-1612 rechtsdag op ‘costen van ongelijcken’:
Aert Ariaensen DEN HAEN won. in Nieuwlekkerland, eiser versus Cornelis Cornelissen STAM, gedaagde. Eiser verlangt dat gedaagde hem vertelt waarom gedaagde hem gisteren heeft gearresteerd, omdat toch eiser met gedaagde over zekere jaren een pacht afgesloten had. Gedaagde stelt dat toen de secretaris van Streefkerk de pachtovereenkomst schreef eiser met geweld uit diens handen heeft gerukt. Eiser verlangt dat gedaagde dat zal bewijzen. Joris Gheeritsen VAN DER HEES stelt zich borg voor eiser betreffende de kosten v/h proces. Pieter Andriessen Smidt stelt zich borg voor gedaagde voor alles. gedaagde zegt dat hij het arrest gedaan heeft om zijn ‘gelach’ betaald te hebben omdat eiser dat niet wilde betalen en ten aanzien v/h geweld stelt gedaagde dat eiser hem in de pacht ‘cotisatie’ had gedaan en gedaagde daarom aan eiser een copie vroeg en terwijl de secretaris de copie schreef, rukte eiser het stuk uit handen v/d secretaris zeggende: ‘dit stuk coemt mij toe’. Eiser stelt dat hij vandaag via de gerechtsbode zijn aandeel in het gelach betaald had, etc. Schepenen verordonneren dat beide partijen binnen 8 dagen schriftelijk bewijs zullen inbrengen.

fol. 67; 23-2-1612:
Op verzoek van Aert Adriaensen DEN HAEN won. in Nieuw Lekkerland ondervragen schepenen Jan Joosten gerechtsbode alhier, oud ca 46 jaar en Claes Ariaensen timmerman oud ca 34 jaar omtrent het volgende: deposanten hebben op 12, 13 en 14 februari j.l. zitten drinken ten huize van Cornelis Cornelissen STAM, voorn. DEN HAEN zou woorden gehad hebben met voorn. STAM betreffende een zeker contract van een pacht op 1/5e deel v/h gemaal, dat STAM ontkent aan DEN HAEN over gedaan te hebben. Aert DEN HAEN had toen ook gezegde dat hij een copie v/h contract uit de handen v/d secretaris van Streefkerk getrokken had terwijl deze aan het schrijven was zeggende: ‘dat bescheijt coempt mij toe’. DEN HAEN had ook gezegd tegen STAM of deze het wel zou kunnen bewijzen dat DEN HAEN het stuk met geweld uit de handen v/d secretaris getrokken had, want dan verdien ik gestraft te worden. STAM zou gezegd hebben dat hij het wel kon bewijzen. waarop DEN HAEN antwoordde dat in geval dat STAM het zou kunnen bewijzen, DEN HAEN het gehele gelach betalen zou of 10 dubbele dukaten en dat de baljuw hem zou mogen bestraffen.

fol. 67v; 23-2-1612:
Op verzoek van Cornelis Cornelissen STAM ondervragen schepenen Jan Joosten gerechtsbode dezer HH oud ca 46 jaar en Claes Ariaensen timmerman oud ca 34 jaar omtrent het volgende: Cornelis Cornelissen en Aert Ariaensen DEN HAEN zouden twist gehad hebben over een contract tussen hen beiden betreffen het 1/5e deel v/d pacht op het gemaal, etc.

fol. 68; 23-2-1612 rechtsdag:
Aert Ariaensen DEN HAEN won. in Nieuw Lekkerland, gearresteerde en eiser versus Cornelis Cornelissen STAM, gedaagde. Schepenen hebben schriftelijk bewijs v/d secretaris van Streefkerk dat deze het contract (dd 20-4-1604) tussen partijen gemaakt niet heeft kunnen volschrijven omdat eiser het stuk uit handen v/d secretaris getrokken heeft, etc., etc. Zij veroordelen eiser t/h volle gelach met kosten

fol. 68v; 23-2-1612:
Claes Ariaensen timmerman won. te Ndls stelt zich borg voor Aert Adriaensen HAEN won. in Nieuw Lekkerrland voor het gelach dat voorn. Aert Adriaensen binnen deze HH moet betalen volgens de eis v/d rechtsdag van 15 februari j.l. en ook dat voorn. DEN HAEN binnen 14 dagen een autenthieke copie levert v/h contract tussen hem en Cornelis STAM gemaakt nopende het overdoen van 1/5e part v/h gemaal over de Alblasserwaard v/h jaar 1604.

fol. 77; 22-3-1612 rechtsdag van buierdijng:
Cornelis Cornelissen STAM, eiser versus Claes Ariaensen timmerman als borg voor Aert Adriaensen HAEN in Nieuw Lekkerland, gedaagde. Eiser stelt dat voorn. Aert Adriaensen HAEN binnen de tijd van 14 dagen een copie zou leveren v/h autenthieke contract gemaakt tussen STAM en de HAEN betreffende het overdoen van 1/5e part v/h gemaal v/d Alblasserwaard over het jaar 1604. Omdat deze periode reeds lang verstreken spreekt eiser nu de borg aan. Gedaagde verzoekt uitstel t/d volgende rechtsdag omdat hij maar borg is en pas gisteren gedagvaard werd. Eiser stemt toe onder voorwaarde dat de borg de copie v/h contract zal leveren.

fol. 118; rechtdag van buierdijng 14-11-1613:
Antheunis Cornelissen, eiser contra Adriaen Aertsen, gedaagde. Eiser zegt dat gedaagde, hangende dit proces, is overleden en verzoekt dat nu zijn weduwe gedaagd zal worden. Compareerde Aert Adriaense als oudste zoon en levert over zijn inventaris en stukken en verzocht dieselve gevisiteert te worden ende dat eiser van gelijcke zal doen en verzocht ook copie uit eisers bewijs. Jan Joosten als gemachtigde v/d eiser zegt de voorn. Aert Adriaensen niet te kennen in 't proces voor en aleer hij van zijn moeder als boedelhoudster volle macht en procuratie heeft om zulks te doen. Schepenen stellen de zaak in stadien t/d naaste rechtdag en dat de weduwe van Adriaen Aertsen genaamd Pieterke Pietersd zelf zal compareren of haar zoon of iemand anders procuratie zal geven.

fol. 130v; 4-6-1614
Pieterke Pietersd nagelaten weduwe van Adriaen Aertsen machtigt haar oudste zoon Aert Adriaensen in omnibus etc. en speciaal tegen Antheunis Cornelissen van de Souwendijck.

fol. 131v; 30-6-1614:
Ondervraging namens Aert Adriaensen als procuratie hebbende van zijn moeder Pieterke Pietersd, die weduwe was van Adriaen Aertsen v/d getuigen Cornelis Dammissen, oud ca 40 jaar en Antheunis Dircxsen, oud ca 25 jaar.
1. of het waar is, dat zij op 18-8-1613 geweest zijn ten huize van Adriaen Aertsen en toen dezelfder Adriaen Aertsen ziekelijk van lichaam was maar nog bij zijn volle verstand was. En of Adriaen Aertsen toen niet zei tegen de getuigen dat hij zijn neef Antheunis Cornelissen niets schuldig was betreffende de eis, die hij voor het gerecht van Ndls gedaan had.
Cornelis Damissen bevestigt dit. Antheuns Dircxsen bevestigt dit.

fol. 132v; rechdag van buierdijng 3-7-1614:
Antheunis Cornelissen, eiser contra De nagelaten weduwe van Adriaen Aerssen genaamd Pieterke Pietersd, gedaagde. Eiser diende van inventaris en stukken accorderende daar van de gedaagde copie, die eiser van des gedaagdes bewijs van gelijcke verzoekt om ten naesten te reproceren. Aert Adriaensen als gemachtigde van zijn moeder contra Antheunis Cornelissen, levert zijn inventaris in en stukken en verzoekt copie uit de eisers inventaris en uit zijn verificaties. partijen gunnen d’een d’ander copie en verzoeken dach ten naesten om te reprocheren.

fol. 142v; rechdag van buierdijng 11-6-1615:
Antheunis Cornelissen, eiser contra De nagelaten weduwe van Adriaen Aertsen of haar zoon Aert Adraens, gedaagde. Eiser concludeert nadat hij verleden rechdag zijn reproche in scriptis ingediend heeft en de gedaagde toen uitstel verzocht om ook zijn reproche in te dienen. Eiser sustineert alsnog dat gedaagde zijn reproche in zal dienen op peine van versteck. Gedaagde levert zijn reproche in scriptis en verzoekt copie van eisers reproche. Eiser verzoekt copie van gedaagdes reproche. Schepenen staan dit toe en dat ze hun zaken van 14 tot 14 dagen zullen inbrengen onder de hand v/d secretaris tot datse volschreven zijn, waarna schepenen weer zullen vergaderen.

fol. 9v; rechtsdag 17-12-1615:
Anthonis Cornelissen, eiser contra de weduwe van Adriaen Aertsen ofte haar zoon Aert Adriaensen, gedaagde. Schepenen veroordelen beide partijen tot betaling van elk 15 gulden teneinde rechtsadvies in te winnen. Aert Adriaensen, eiser contra Dirck Janssen en Samuel Leendersen van Hoornaar, gedaagden. Schepenen wijzen 'goede mannen' aan op hope van een accoord.

29D. 42 morgen; Aert den Haens weer (1630), Jan Doncker wwer (168)
belendingen ten oosten ten westen 1667 Willem Theus de wedu van Jasper Pieters
1627, 500e penning: (1) Aert Adriaens den Haen, en (2) Anna Jans
1638, 200e penning: Aert Adriaensz. Haen
4-9-1657, brandgereedschap: Broeder den Haen P.S.: Aeryen Aerts Broeder, tr. Neltien Aeryensdr. (zie weer nr. 17)
1666, brandgereedschap: Broeder den Haen
9-1-1666, haardstedengeld: Arijen Aerts de Haen
14-6-1667, onderpand op 4 morgen 300 roeden met het halve huys, strekkende van de halve Alblasse kaesloot tot de Leck: Aryaen Aerts den Haen den jongen is schuldig 750 car.gld. aan Barent van Asperen, schout tot Streefkerk en Lekkerland (13/5) P.S.: Op 19-5-1781 verklaart Cornelis Aerts den Haen dat de schuld afgelost is.
1668, belending: de kinderen van Aryen Aerts den Haen
1681, zout-, zeep- en redemptiegeld: Jan Doncker
8-11-1730, verponding: ‘t Bouwhuijs en schuer van Aart Janse de Haan in huere jaarlijkse geoordelt op 13 gulden; wert bij gebruijckt 5 morgen 4 hont 82 roede eijgen landt.

67 jaar op 5-1-1629 won. op Nieuwlekkerland.

44. 7 morgen; Melis Dircksz. weer, daer de kerk op staat. waarvan 3 morgen leenland, leenroerig aan den Huize van Langerak
C. 1 morgen land
29-12-1534, beleend: Dirk Melisz. bij dode van zijn vader
1569, vermeld: Dirk Melisz., won. Wijngaarden
12-6-1584, beleend: Geerlof Adriaensz. bij overdracht door Dirk Melisz.
19-1-1598, beleend: Adriaen Geleinsz. voor Maria Adriaensz., wedu van Gelein Adriaensz., zijn moeder, bij dode van Geerlof Adriaensz., haar broer
10-6-1600, beleend: Arnout Albertsz., te Nieuw-Lekkerland, bij dode van Maria Adriaensz., zijn schoonmoeder
2-4-1618, beleend: Leonard Arnoutsz. bij dode van Arnout Albertsz., zijn vader
4-11-1632, beleend: Arnout Adriaensz. de Haen, te Nieuw-Lekkerland, voor Gelein Arnoutsz., onnozel, bij dode van zijn broer
14-3-1635, beleend: Arnout Adriaensz. met ledige hand
23-9-1636, beleend: Cornelis Adriaensz., won. Oud-Alblas, voor Adriaen Geleins, zijn schoonvader, bij dode van Gelein Arnoutsz., zijn neef

10. 20 morgen; Pous hoef, grafelijk leen
2-7-1633, transport van 2 morgen in een weer van 20 morgen: Pieter Meeusz., als bloedvoogd van de nagelaten weeskinderen van Fop Egbertsz. zalr., won. Papendrecht, aan Aerdt Adriaensz. den Haen (11/33)

3-6-1642 f97
een schuld aan Aert Adriaensz Haen te N.Lekkerland

(Wapen: doorsneden: boven twee gekruiste palmtakken, beneden gedeeld: I. een Jerusalemskruis; II. twee gekruiste sleutels.)
Hier leggen begraven de Eersamen Aert Adryaensen de Haen in sijn leven gereyst viermael tot Romen in Italiën en doen hij ontrent 70 jaer out was doen gereyst naer Jerusalem in Indea, hij sterf 5 November 1643 was out 82 jaren ende sijn huysvrou Marijgien Jans sij sterf den 1 October 1635 was out 81 jaren; samen in den echten houwelijcken staet geleeft 54 jaren. ^{85,304,450,645,832}

Aart married Marrigje Jans in 1580 ⁸⁵.^,645 (Marrigje Jans was born in 1553 and died on 1 october 1635 in Nieuw Lekkerland ⁶⁴⁵.)