Otto Pieters Sterk ²⁸⁸

  General Notes:

17-1-1604
Cornelis Jacobsz en Oth Petersz STERCK schepenen.

26-12-1606
Dirck Petersz STERCK, Oth Petersz STERCK en voorn Dirck Petersz STERCK voor hun zuster Petertgen Petersz STERCK delen hun ouderlijke erfenis door tussenspreken van Willem Dircksz en Gerloff Jansz en wel als volgt:
1. Dirck Petersz STERCK heeft bij erfloting gehad land op Bolgrije en is reeds tevreden.
2. Oth Petersz STERCK zal 1m behouden op Over Zijderveld, bov de wde van Cornelis Jansz DE WEERT.
3. Petertgen Petersd STERCK zal het huis behouden, waarin hun moeder overleden is, en het land op Goilberdingen, bov Geertruijt Otthen en ben Dirck Thoenisz VAN WAMEL.

17-5-1618
Peter Otten, Dirck Otten, Anthoenis Dircksz STAMER X Peterken Otten en Goossen Goossensz als een voorzoon van Jutgen Dircksd verklaren dat hun moeder za Jutgen Dircksd op haar doodsbed begeerd heeft, dat hun zuster Haesken Otten 200 cl van haar moeders goed vooraf zal hebben, aleer zijlieden tot deling zouden overgaan. Alsoe is het comparantens wil, dat hun zuster Haesken Otten 200 gl ten overlijden van hun comparantens vader en stiefvader Oth Petersz zal hebben. Comparantens moeder heeft mede begeerd, dat bij kinderloos overlijden van hun zuster Haesken Otten, de 200 gl zullen gaan naar hun broer Dirck Ottensz. Oth Petersz als weduwnaar van Jutgen Dircksd consenteert maar begeert dat bij kinderloos overljden van Haesken Otten de 200 gl gaan naar zijn zoon Peter Otten. Iedereen is tevreden.

11-11-1619
Floris DE GOIJER, Anthoenis DE GOIJER en Batholomeus DECKERS X Jannighen DE GOIJER (wettig geboorte) tr aan Oth Petersz STERCK X Neelken Jansd 6m genaamd ‘de Gouthaech’ i/h Cijsdall, bov de erfgenamen van Jkr Bernt PREIJS en ben Jouffr Bartha VAN CULEMBORG, Jan Jansz BAERS en Thoenis Cornelisz cs, strekk v/d Lange Meent tot over de Lekdijk in ‘t diepste v/d Lek.

28-11-1622
Goossen Goossensz als voorzoon van za Juthen Dircksz renuncieert tbv zijn stiefvader Oth Petersz STERCK de erfenis, hem aangekomen door dode van zijn vader Goossen Ghijsbertsz en zijn moeder za Juthen Dircksd en dat volgens magescheid tussen zijn moeder en zijn voogden dd ... (niet ingevuld) en nog volgens magescheid tussen hem en zijn broers zuster en zwagers, te eenre en zijn stiefvader Oth Petersz, te andere, dd 8-12-1620.

25-1-1623
Peterken Otten wde en boedelhoudster van Anthoenis Dircksz STAMER voor haar zelf en geassisteerd door haar vader Oth Petersz, Dirck Petersz en haar oom (van Peterke Otten of v/d kinderen ? - auteur), Dirck Henricksz als bloedvoogd over de 2 onm nagelaten kinderen van voorn STAMER, genaamd Hilleken en Aelken Thoenisd, geassisteerd met Steven Petersz als neven (?!) over de 2 voorn kinderen, te eenre, en en Hubert Gerritsz VAN DER AA voor hem zelf en mede vervangende Thoenis Melisz X Neeltgen Jacobs, mitsgaders Claes Gerritsz VAN DER AA voor hem zelf en in die kwaliteit erfgenamen van Fijken Huberts VAN DER AA als gewezene huisvrouw van voorn STAMER, te andere. Er waren geschillen ontstaan tussen voorn comparanten betreffende verschillende delingen en scheidingen v/d boedel van voorn STAMER en Fijken, waarin voorn STAMER volgens testament en ljftocht dd 24-2-1588 gedurende zijn leven lang de goederen van Fijken in lijftocht bezeten heeft. Door tussenspreken van wijze mannen wordt besloten dat:
Peterke Otten mag boedel behouden, behalve 4m leengoet roerig a/h huis te Vianen, gelegen op Authenae i/d vrije heerlijkheid Thienhoven, door voorn STAMER en Feijke staande [het] huwelijk aangekocht. Beide partjen 'blijven' in deze 4m en wel:
Peterken en de voogden van Hubert en Claes Gerritsz VAN DER AA voor 3/5e parten en (rest is verwarrend).

25-1-1623
Peterken Otten wde en boedelhoudster van Anthoenis Dircksz STAMER geassisteerd met haar gekozen voogd haar vader Oth Petersz, Dirck Henricksz als rechte bloedvoogd over hun 2 onm kinderen (verwekt bij Peterken door STAMER), geassisteerd zijnde met Steven Petersz als neven over de voorn kinderen, beloven de 4 nagelaten kinderen van Marij Otten, namenlijk Geerloff, Dirck, Jan en Annen Otten 62 gl 10 st jaarlijks, te nemen uit 4m op de Golberdingse weert, bov Cornelis Thoenisz cs en ben 'den Esschensteijn', strekk v/d Lekdijk tot i/h diepte v/d Lek; nog uit 1m op Over Zijderveld, bov en ben de wde van Cornelis Jansz STAVAST (?), strekk v/d oeijslagen v/d Diefdijk tot Jouffr Cornelia MEERHOUTS.
Kantlijn 9-5-1626: Johan Otten STERCK voor hem zelf em mede voor zijn broers en zuster Geerloff, Dirck en Maria (?!) Otten STERCK, verkl ontvangen te hebben van Johan Huijgen .... (onleesbaar) als man en voogd van Peterken Otten STERCK 1.000 gl.

2-11-1624
Oth Petersz STERCK ‘als zch zelf afftuijgende’ X Neeltgen Jansd verkl schuldig te zijn aan Dirck Otten STERCK een erflosrente groot 96 gl jaarlijks, te nemen uit 6m genaamd ‘de Sandthaech’ in ‘t Zijschdall met huis etc, waarin zij tegenwoordig wonen, bov Jouffr Catherina PREIJS en ben Jouffr Bartha VAN CULEMBORG, Baers DE WEERDT en Cornelis Thoenisz cs, strekk v/d Lange Meent t/d Lekdijk.
Kantlijn ... 1632: Anna Otten STERCK verkl betaald te zijn door Ocker Dircksz X Neeltgen Jans.

19-10-1626
Gerrit Aertsz en Cornelis Pellen schepenen.
Oth Petersen STERCK (ziek te bed) bevestigt zijn vorige testamenten. Hij begeert echter nog dat:
1. zijn jongste dochter Teunken Otten, verwekt aan zijn tegenwoordige huisvrouw Neelken Jans 200 gl vooruit krijgt alvorens zijn andere kinderen tot deling komen.

10-1-1627
Johan Christiaensz substituut richter, Gerrit Aertsz, Cornelis Pellen en Johan Reijersz STERCK schepenen.
Dirck Otten voor zich zelf, Jasper Huijgen X Peterken Otten en de voorn Dirck Otten neffens Dirck Petersz als oom over Teunken Otten, tesamen erfgenamen van hun vader za Oth Petersz STERCK, en renuncieren tbv Neelken Jansd als wde en boedelhoudster van voorn Oth Petersz de erfenis hun toegekomen door dode van hun vader resp schoonvader. Neeltgen Jans belooft, dat bij verkoop v/d hofstede waarin Oth Petersz gestorven is, deze allereerst aan te bieden aan voorn Dirck Otten en Johan Huijgen VAN ESCH (ESTS?) X Peterke Otten verklaren voldaan te zijn van alle erfenis hun aangekomen door dode van hun moeder en schoonmoeder za Jutken Dircksz volgens de magescheid dd 22-7-1621 en 9-1-1627.

10-1-1627
Neelken Jansd wde en boedelhoudster van Oth Petersz STERCK verplicht, mits desen, tbv Dirck Otten en Johan Huijgen VAN ESCH X Peterken ten behoeven van Teunken Otten haar hofstede en land ter voldoening v/d magescheid tussen haar en Dirck Otten cs gedaan op 9-1-1627.
Kantlijn 11-6-1628: Jan Huijgen VAN ESTS verkl voldaan te zijn door Ocker Dircksz X Neelken Jansd, etc .

1643
Peter Cornelisz X Hilligen Toenis Dircksdochter en diens zuster Reijer Petersz X Aeltgen Tonis Dircksdochter renuncieren tbv Peterke Otten wde van Toenis Dircksz STAMER, hun comparanten resp vrouwen moeder de erfenis, hun aangekomen door dode van hun za vader Toenis Dircksz STAMER in confirmiteit van magescheid dd 19-5-1625 tussen Peterken Otten STERCK voor haar zelf, geassisteerd met haar vader Oth Peters STERCK en Dirck Hendricksz als rechte bloedvoogd v/d (toen) 2 onm kinderen Hilleken en Aeltgen Toenis, kinderen van Antonis Dircks STAMER X voorn Peterke Otten. ²⁸⁸

Otto married Jutje Dirks.²⁸⁸ (Jutje Dirks was born circa 1570.)

Otto also married Neeltje Jans.²⁸⁸