Maarten Corsz van der Zaal ⁶⁴³

  General Notes:

Rechtdach, gehouden den XIII martii anno 1675
Pietertje Goosens, wedue wijlen Willem Woutersz van Leeuwen, eysscherce contra Maerten Corsz, gedaechde, om betalinge van een en dartich gulden over een jaer lanthuyr, verschenen Sint Petri 1673; concludeert tot condemnatie van dien ende bij provisie tot namptissement cum expensis. Den gedaechde versoeckt dat hij staende vierschaer jegens d' eysscherce mach werden gehoort ende verclaert mede, voor soo ver hem aengaet, de saeck aen 't collegie te verblijven.
Schepenen, alvoorens te disponeren, ordonneren parthijen te compareren voor twee schepenen uyt het collegie op toecomende rechtdach des voormiddachs de clocke thien uyren op hoope van accoort.

Rechtdach, gehouden den XIIIen september anno 1690. Present: alle de schepenen.
Balbian
Hendrick Paulus Smits, woonende tot Nieuwerkerck, eysscher ende arrestant op vijff oyen ende vijff lammeren, loopende in de weyde van Maerten Corsz van Zalen aen de Vier Essen, toebehoorende ende daer schuldich is voor te verantwoorden Pieter Joosten, woonende tot Pelt in „t lant van Luijck, omme daeraen te verhalen de somme van twee en vijftich gulden over geleverde veeren ende deeckens volgens het register; concludeert tot kennen ofte ontkennen, wijders decretatie van 't arrest, condemnatie van de voorszeyde somme cum expensis ende bij provisie namptissement van deselve.
Balbian voor den eysscher ende arrestant hout de overdaginge in state ende alsoo door de groote destantie van de plaetse, daer Pieter Joosten woonachtich is om de overdaechginge te doen, waer schade ontrent de gearresteerde schapen gelegen is, versouckt hij dat deselve schapen bij provisie door den schout alhier sullen werden vercocht ten proffijte van diegene, die bevonden zal werden tot de penningen daervan procederende gerechticht te sijn.
Schepenen, gehoort hebbende 't versouck van den eysscher en arrestant, consenteren in het versouck dat de schapen bij provisie door den schout alhier sullen werden vercocht ten proffijte van degene, die bevonden zal werden tot de penningen daervan procederende gerechticht te sijn. ⁸⁶⁸

Maarten married ? ?.