Adam Adriaans Ooms ^66,143,302

  General Notes:

Lakenkoper, schout van Groot-Ammers, burger van Nieuwpoort, waar hij tot 1626 woonde en daarna te Gelkenes; ook schout van Gelkenes 1626-1639.

In 1606 vertegenwoordigt hij zijn vader bij de verkoop van een boomgaard te NWP. uit de boedel van de insolvente Wouter Jansz. van Gendt aan Joris Jansz. schout van Goudriaenz en koopt zelf een huis te NWP. in de Westhoochstraet zz. op 23-7-1608 van de erfgenamen van Cornelis Jorisz. Coevoet.

In 1616 komt hij voor als lakenkoper met een vordering van 7 gld. 8 penn. voor geleverd laken in een boedelrekening en verkoopt in 1617 aan Dirck Jansz. Duercant een erf, in margine van de acte daarvan is anno 1628 genoteerd, dat de rente brief hiervoor gepasseerd t.b.v. Adams zoon Adriaen Oom is afgelost en gecasseerd.

In 1622 heeft hij een vordering op Gerrit Jansz. te NWP. wegens de levering van hennip en komt in 1624 samen met Willem Pietersz. Nachtegael voor als pachters van de impost van het gemaal over NWP.

Op 5-10-1626 transporteert hij zijn huis binnen NWP in de Westhoochstraet aan zijn zwager Huybert Mertensz.31 en wordt in 1630 nog genoemd als belending van het huis en erf van Maritgen Aerts, wed. en boedelhoudster an wijlen Jan Adriaensz. aan de oostzijde van de binnenhaven benedendams te NWP.

Andere activiteit blijkt als in 1625 de erfgenamen van Jacob Pietersz. (Zas), n.1. diens weduwe Maritgen Foppen met haar kinderen Fop, Pieter, Cornelis, Neeltgen (X Thijs Goossensz.), Gerrit Cornelisz. Zas, Lysgen, Dirck Cornelisz. Zas, Adriaen en Balten, allen erfgenamen ook van zuster Anna Jacobsdr. een schuldbrief van 100 gld, transporteren aan Adam Adriaensz. Oom en laatstgenoemde dat zelfde jaar optreedt als gemachtigde van enige erfgenamen van za. Pietertgen Hendricxdr. weduwe van Cornelis Thonisz. Meppel bij verkoop van een huis en erf te NWP.

De schout Adam Ariensz. Oom wordt in 1627 genoemd als hij een rentebrief
transporteert aan de eerbare Elisabeth Jansdr. van Strijen en 5 hond land overneemt van Meerten Willemsz. tot NWP, gelegen in de hofstede van Jacob Jansz. Cuijck te Gelckenesse. In 1629 transporteert hij een rentebrief aan de eerzame Willem Barthoutsz. van Abbesteech, oudburgemr. van Gouda. In 1635 krijgt hij in bezit, samen met Lysbeth Willems, wed. van Cornelis Pietersz. de Cuyper, Bastiaen Ghijsbertsz. en Herber Andriesz., elk voor 1/4 part, 4 m. 2 h. land op Ammers-Gravelant en 4 l/2 hond land op Gelckenes.

R.A. NWP. nr. 68/73v, 28-4-1618:
Schepenen in NWP oorkonden dat Adam Adriaensz. Oom, burger van NWP, schuldig is Adriaen Adriaensz. Oom, zijn vader, won. Groot-Ammers in de Baronie van Liesvelt, 800 gld. geleend geld op losrente 5 ten 100 als hypotheek op zijn huis en erf te NWP.

R.A. Gelkenes nr. 1, 1-4-1627:
Huybert Maertensz. v.h.z. en vervangende Adam Adriaensz. Oom, Pieter Jacobsz., Comelis Adriaensz. Plack en Tryntgen en Aechtgen Maertensdrs. zijn zwagers en zusters, noemt het testament van hun moeder Adriaentgen Pieters, wed. van za. Marten Huybertsz., die het vruchtgebruik had van alle goederen, huis, hof, erf en landen in Gelckenes in de Baronie van Liesveld, welk test. was gemaakt binnen Schagen in Noordholland. De kinderen komt aan 13 morgen met huis, bergen en schuren in een weer van 17 morgen, waarvan de andere 4 morgen reeds bij huwelijk aan Huybert Maertensz. was gekomen, oz. een weer van 7 m. tot Utrecht thuis horende, wz. een weer van 8 m. van Willem Comelisz. C.S., str. van het diep van de Lecke tot de Oude Ammers. Nog 2 m. in het weer van 8 m. en 2 m. in het weer van 12 m. aan de wz. daarvan.

Weesk. NWP. nr. 5/17, 14-8-1630:
Comelis Adriaensz. Placq, weduwnaar van Pietertgen Maertens t.e.z., Adam Adriaensz. Oom, schout van GRA., als man en voogd van Maritgen Maertens en wegens het overlijden van Huybert Maertensz. voogd over de weeskinderen van Pietertgen Maertens vsz., accorderen: boedelscheiding en vertichting. (zie ook weesk. NWP. nr. lO- 15-6-1637). ^143,302

Adam married Marrigje Maartens Verhuijsen, daughter of Maarten Huijberts Verhuijsen and Adriana Pieters, circa 1600 ^66,143.^,302