Teuntje Teunissen ^6,844

  General Notes:

Landbouwersche. Trouwt wonende Vilsteren.

Rechterlijk Archief Schoutambt Ommen en Den Ham 11 pag. 240v0-241-241v0
Momberstellinge en erfuitinge over en aen Toontien en Hendrica Teunissen.
Ik Gerrit Nagel wegens Hoger Overigheid in desen tijd Verwalter Scholtus van Ommen en den Ham certificere hier mede, dat voor mij en keurnoten als waren Hendrik Nagel en Roebert Corre,
Erschenen Sij Berendina Teunis, geadsisteert met haar ondertrouwden man Jan Hansen, te kennen gevende, dat bij het ingaen van dit laeste huwlijk versuimd heeft aen haar twe minderjarige kinderen met namen Toontien en Hendrica Teunissen, bij wijlen haar eerste man Teunis Teunissen in egte verwekt, bewijs en erfuitinge te doen wegens des overleden vaders nalatenschap;
Versoekende Sij Comparante derhalve alnog, dat over de twe voorschreven kinderen op huiden momberen mogen worden gesteld, en daer toe voorslaende Asse Hendriks Oom van vaders zijde en Arent Teunis Oom van moeders kante, die beide hier op gecompareerd Sijnde de momberschap hebben op Sig en aengenomen en de verklaeringe bij handtastinge gedaen, der kinderen beste en voordeel te Sullen Soeken en behartigen, So als getrouwe momberen verpligt Sij:
Verklaerende Sij momberen voorts met gedagte Berendina Teunis en haren ondertrouwden man Jan Hansen over deser kinders vaders nagelatene goederen geaccordeerd te hebben, dat deselve daer voor genieten Sullen met haar beide een en Seventig guldens veertien Stuivers aen geld, de vaders gebruikte kiste met drie Stukken linnen ende Sulks voort of het profijt van dien, tot dat 25 Jaer oud Sijn of komen te trouwen.
Verklaerende wijders Jan Hansen voornoemt dese kinderen voor Sijn eigen egte kinderen aen te nemen, en, wanneer uit dit Sijn huwlijk gene kinderen mogten geboren worden, Sal alle het geen van Silver, goud, linnen en wollen, en wat daar omtrent komt na te laten met uitslutinge van een jegelijk ander aen dese twe kinderen verblijven, maer, kinderen uit dit Sijn huwlijk voortkomende, Sullen die Sijn Silver, goud, linnen en wollen alleen genieten;
Verklaerende de gesamentlijke Contrahenten dit also te zijn overeengekomen.
In waerheids oirconde is dese door mij Verwalter Scholtus voornoemt getekend en gesegeld, So als ten versoeke van alle de Comparanten door hun gedaen is door Onderscholtus Berend Nagel.
Actum Ommen den 30 April 1764.

Rechterlijk Archief Schoutambt Ommen en Den Ham 19 pag. 128-129-130
Ik W.A. van Laer I.U. Doct. en wegens Hoger Overigheid Verwalter Scholtus van Ommen en den Ham doe hier mede te weeten, dat voor mij en keurnoten Pr. Ms. Baerselman en Lambert Smit,
In den Gerigte erschenen is Berend Mollink van Gietmen, verklarende wegens zijne hoge jaaren en lichaams gestalte niet goed meer in staat te sijn om sijn huishoudinge waar te nemen en om bij tijds over zijne goederen en onderhoud te zorgen heeft ingegaan met zijn soon Mannus Berens en desselfs aanstaande bruid Teune Teunissen een contract als volgt.
Ten eersten cedere en overdrage hij alle zijne gerede goederen datelijk voor de halfscheid aan zijn soon Mannus en aanstaande schoondogter Teune Teunissen, sullende deselve bij hem in huis trouwen, voorts de halve regeringe.
Verklarende den comparant wijders hun beiden tot zijn eenige en universeele erfgenaam van zijne nalatenschap, onder dat mits zijn levenlang zullen moeten alimenteren en naar gewoonte onderhouden mits aan hem houdende tien schapen, dewelke mede zullen moeten onderhouden worden en jaarlijks en alle jaaren ses gulden ter sijner dispositie en na dode zijn lichaam ter eerlijke begraaffenis besteden.
Ten tweden maakt hij comparant aan sijn soon Jan, wanneer hij koomt te trouwen een bruidegomskleed naar huismansgebruik. Aan sijn soon Willem agt schapen, hij aanstaande jaar voor 't scheren sal hebben te genieten en dan wanneer hij koomt te trouwen een bruidegomskleed neffens zijn broer en een kiste wanneer hij uit het huis ten dienen gaat.
De dogter Marie zal hebben te genieten wanneer sij koomt te trouwen behalven dat sij genooten heeft, nog een onder en boven bedde met vier kussens, een peul en twe lakens en een damasten rok, so schielijk als mogelijk is.
Lamberdine en Swane Berends zullen hebben te genieten ieder een boerenkiste en een bedde, soals haar zuster Marie en nog ieder een schaap en solang sij ongetrouwt blijven en siek of sugtig werden, sullen sij enen vrijen ingang in hun ouderlijke huis hebben en naar huislieden gepleegt werden. En dan wanneer een of meer daarvan onder de vijfentwintig jaren of onmondig komen te sterven, so sal het goed weder aan hun ouderlijke huis komen.
Wijders gecompareert den bruidegom Mannus Berends ter eenre en de bruid Teune Teunissen ter andere sijde en hier in geassisteert met haren versogten en toegelaten momber Egbert Hendriks, voornemens zij een wettig huwelijk met elkanderen in te gaan en met het voorschreven contract met hun vader voornoemd genoegen te nemen.
Belovende deselve zijn dagen des levens te alimenteren so en als kinderen na regten verpligt zijn.
Des ter waarheid oorkonde hebbe ik dese benevens de comparanten getekent en gesegelt en omdat de comparanten geen segel hadden heeft Pr. M. Baerselman dit voor haar gedaan.
Actum Ommen den 11 April 1783.
Was getekent en gesegelt
W.A. van Laer Verw. Scholtus
Dit is X 't merk van Berend Meullink selfs getogen
Mannus Berendsen als bruidegom
Dit is 't X merk van Teune Teunissen als bruid selfs getogen
Dit is 't X eigenhandig getogen merk van Egbert Hendriks als momber van de bruid
Sulks certificere ik ondergeschrevene M. Baerselman

Rechterlijk Archief Schoutambt Ommen en Den Ham 32 pag. 62
Ik W.A. van Laer Scholtus van 't Carspel Ommen en den Ham doe cont en certificeere bij deesen, dat voor mij en keurnoten Jan Kok en Jan Stigh,
Persoonlijk in den Gerigte gecomapreerd en erscheenen zijn Mannes Mollink en vrouwe Fenne Teunissen, marito tutore, woonagtig te Gietmen, verklarende weegens voor den jaare 1806 verkogt en als toen daarvan aan den Lande behoorlijk den 50ste penninge betaalde en waarvan aan de comparanten ook de volle koopspenningen ter summa van drie hondert en vijf en twintig guldens zijn voldaan, hiermeede in de beste forma regtens te cedeeren en overtedragen aan Hendrikje Gerrits weduwe van wijlen Willem Jansen en erfgenamen, thans wonende op Brinkmans te Gietmen, het Keutersplaatsje Dekkers genaamd, met derzelver onderhorige landerijen, benevens alle zijn regten en geregtigheeden, lusten en lasten als daaraan en toebehooren, zo en als naar Landregte.
En is wijders gebleken, dat de Verponding over den afgelopen jaar 1808 aan den Lande is betaald.
In kennisse der waarheid heb ik Scholtus en transportanten deeze getekend en gezegeld.
Actum Ommen den 18 Februarij 1809.
Was getekend en gesegelt
W.A. van Laer Scholtus
Mannis Mollink
X dit merk is door Fenne Teunissen, de vrouw van Mannes Mollink, getrokken ^6,844,1139

Teuntje married Mannus Mollink, son of Berend Harms and Geertje Warnars, on 20 april 1783 in Ommen ⁶.^,844 (Mannus Mollink was born in 1753 in Giethmen ⁸⁴⁴ and died on 24 september 1820 in Giethmen ⁶.)

  Marriage Notes:

Civiel. Trouwt ook Hervormd op 4-5-1783 te Ommen. ⁸⁴⁴